. In de gedichten van Chris van Geel komen veel bomen voor. ‘Gekapt perceel’ is er een voorbeeld van. Het verscheen voor het eerst in Tirade , in mei 1968; later werd het opgenomen in de bundel Het Zinrijk (1971). Het beschrijft de aanblik van een stuk bos waarin bomen zijn gekapt. Er is een open plek overgebleven. Nu steken alleen de stronken, de “puntige sporen”, van de bomen nog omhoog: GEKAPT PERCEEL Blauw licht daalt in de open plek over puntige sporen van het gekapte bos, doopt ogen, wit, lidloos, die met één bijlslag zijn geboren. Wat starend op de bok zijn hout de zaag aanbiedt schoot kronkel...
Over en van de dichter Chr.J. van Geel — door Guus Middag