. Het aardige van Chris van Geel was dat hij zo openlijk en onmiskenbaar onaardig kon zijn. Hij had de gewoonte om na het ontwaken (niet erg vroeg) meteen aan de slag te gaan: gedichten schrijven (veel, wel bijna allemaal kort), brieven schrijven (veel, vaak lang), lezen (veel, van alles en nog wat). Hij was dan nog niet of nauwelijks aangekleed – en dat kon zo de hele dag duren. Pas tegen het eind van de middag, als de brieven de deur uit moesten, ging hij zich wassen en aankleden. Het kwam wel eens voor, niet vaak, dat er overdag aangebeld werd – “tot enorme schrik van ons beiden”, schreef Elly de Waard later, in haar portret van Van Geel. “Wij dachten altijd dat het wel een deurwaarder of zo iemand zou zijn.” Van Geel had de sterke gewoonte om zich dan niet alsnog heel snel aan te kleden, maar om juist bloot, of bijna bloot, “alleen met een handdoek om”, open te doen, “om het altijd ongewenste bezoek af te schrikken.” Dat werkte heel goed. Bezoek van vrienden of kennissen wa...
Over en van de dichter Chr.J. van Geel — door Guus Middag