.
Chris van Geel schreef zijn invallen op allerlei soorten papier, op alles wat maar voorhanden was. De uitwerking kwam dan later wel, op mooier papier, als hij daar tenminste genoeg geld voor had. Tot lang na de oorlog was papier schaars, en duur – en tot lang na de oorlog was Van Geel arm.
Op 20 mei 1959 verscheen het eerste nummer van het Hollands Weekblad, “tijdschrift voor litteratuur en politiek” (dat vanaf januari 1963 zou overgaan in het Hollands Maandblad). In het voorjaar van 1959 liet het weekblad een prospectus rondgaan, om mogelijk geïnteresseerde lezers te attenderen op de komst ervan. Van Geel kreeg ook zo’n prospectus toegestuurd. Het bevindt zich in het Van Geel Archief. Hij zal het gelezen hebben, mogen we aannemen, maar hij gebruikte het daarna als kladpapier. Op de voorkant noteerde hij:
Een vader is pas oud als hij de kleren van zijn zoon gaat afdragen.
Het is wat je noemt een aforisme. “Een aforisme is een korte, bondige uitspraak, vaak niet meer dan één zin lang. Aforismen kunnen grappig, paradoxaal en absurd zijn en bevatten vaak een boodschap van wijsheid” zegt Wikipedia.
In de kledingestafette tussen de verschillende generaties wordt het stokje doorgaans doorgegeven van oud naar jong, maar hier stapt de denkbeeldige eerste estafetteloper na zijn aandeel geleverd te hebben opnieuw de baan op om de stok voor de tweede keer in ontvangst te nemen. De estafette begint dan op een kringloop te lijken.
Het ligt voor de hand om hier even te denken aan “The Child is father of the Man”, een tot aforisme geworden versregel van William Wordsworth, uit het gedicht met de beginregel “My heart leaps up”. En aan dat ene verhaal, ooit gehoord, over die krasse opa, ergens in Brabant: een man, achter in de negentig, maar nog kerngezond, die drie keer per week over de dijk naar het bejaardencentrum in Oss fietste, om daar zijn bijna tachtigjarige zoon op te zoeken.
Een vader is pas oud als hij de kleren van zijn zoon gaat afdragen.
En een zoon is pas oud als zijn vader hem weer moet helpen met aankleden.
(Bewerking van ‘Aforisme’, in ‘Het Van Geel Alfabet. Derde supplement’, Tirade 385, augustus 2000)
Chris van Geel schreef zijn invallen op allerlei soorten papier, op alles wat maar voorhanden was. De uitwerking kwam dan later wel, op mooier papier, als hij daar tenminste genoeg geld voor had. Tot lang na de oorlog was papier schaars, en duur – en tot lang na de oorlog was Van Geel arm.
Op 20 mei 1959 verscheen het eerste nummer van het Hollands Weekblad, “tijdschrift voor litteratuur en politiek” (dat vanaf januari 1963 zou overgaan in het Hollands Maandblad). In het voorjaar van 1959 liet het weekblad een prospectus rondgaan, om mogelijk geïnteresseerde lezers te attenderen op de komst ervan. Van Geel kreeg ook zo’n prospectus toegestuurd. Het bevindt zich in het Van Geel Archief. Hij zal het gelezen hebben, mogen we aannemen, maar hij gebruikte het daarna als kladpapier. Op de voorkant noteerde hij:
Een vader is pas oud als hij de kleren van zijn zoon gaat afdragen.
Het is wat je noemt een aforisme. “Een aforisme is een korte, bondige uitspraak, vaak niet meer dan één zin lang. Aforismen kunnen grappig, paradoxaal en absurd zijn en bevatten vaak een boodschap van wijsheid” zegt Wikipedia.
In de kledingestafette tussen de verschillende generaties wordt het stokje doorgaans doorgegeven van oud naar jong, maar hier stapt de denkbeeldige eerste estafetteloper na zijn aandeel geleverd te hebben opnieuw de baan op om de stok voor de tweede keer in ontvangst te nemen. De estafette begint dan op een kringloop te lijken.
Het ligt voor de hand om hier even te denken aan “The Child is father of the Man”, een tot aforisme geworden versregel van William Wordsworth, uit het gedicht met de beginregel “My heart leaps up”. En aan dat ene verhaal, ooit gehoord, over die krasse opa, ergens in Brabant: een man, achter in de negentig, maar nog kerngezond, die drie keer per week over de dijk naar het bejaardencentrum in Oss fietste, om daar zijn bijna tachtigjarige zoon op te zoeken.
Een vader is pas oud als hij de kleren van zijn zoon gaat afdragen.
En een zoon is pas oud als zijn vader hem weer moet helpen met aankleden.
(Bewerking van ‘Aforisme’, in ‘Het Van Geel Alfabet. Derde supplement’, Tirade 385, augustus 2000)
Reacties
Een reactie posten