Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Posts uit september, 2025 tonen

Stram

. Wat is het recept voor het schrijven van een goed gedicht? Chris van Geel wist het wel. Je moet goed op dreef zijn en dan, “als het vanzelf, van nature gaat”, kun je ook heel gemakkelijk iets van buiten (van buiten de literatuur) binnen je gedicht halen en daarmee doorgaan.        Maar ja, dan moet het eerst wel vanzelf gaan. Bij Van Geel ging het zelden vanzelf. Er zijn wel dichters bij wie het zo werkt, “los-en-open-in-en-uit-lopend”, en hij zou het graag ook zo doen – dat is “je ware”, dat wist hij ook wel. Maar hij wist ook dat hij het zo niet kon: “dan zou er bij mij niets tot stand komen”, zo schreef hij op 3 april 1962 in een brief aan Judith Herzberg.        Het echte vlotte al improviserend verder dichten was hem niet gegeven. “Ik ben er te stram monomaan voor, denk ik.” (Bewerking van ‘Recept’, in ‘Van Geel Alfabet’, Hollands Maandblad , augustus-september 2023) Foto Judith Herzberg van Literatuurg...

Naaldhakgrafjes

. In april 1966 verscheen in het tijdschrift De Gids dit ultrakorte gedicht van Chris van Geel:        ALLERZIELEN        Naaldhakputjes vult de regen. ‘Allerzielen’ is de dag waarop in de rooms-katholieke kerk alle doden worden herdacht, 2 november. Dan bezoekt men de graven van de dierbaren op het kerkhof. Daar kun je soms de sporen van andere, of eerdere, bezoekers zien, zoals de door naaldhakken in het zand of in het grind achtergelaten putjes.        De naaldhak wordt wel gedragen bij een begrafenis, maar er hangt ook een zweem van erotiek (hoge hakken, strakke kousen, nauwe kokerrok) omheen. Dood en seks: het is misschien een verrassend arrangement, maar niet voor Van Geel (freudiaan, surrealist, geen katholiek).        Hoe zou zo’n kort gedicht in het Spaans klinken? Toevallig weten we dat. Een vertaling is te vinden in de AntologĂ­...

Schroef

. Tot de zware verplichtingen van het kunstenaarsbestaan behoren de presentaties en de openingen. Chris van Geel hield er niet van. Bij de opening van zijn eenmanstentoonstelling in het Stedelijk Museum in Alkmaar, in 1973, moest hij ook, zoals dat nu eenmaal gaat, een toespraak ondergaan. “Ik hoorde het roerloos aan als was ik een voor ieder zichtbare muur waarin ze een schroef boorden.” (Uit een brief aan T. van Deel, 31 maart - 1 april 1973) (Bewerking van ‘Schroef’, in ‘Van Geel Alfabet’, Hollands Maandblad , augustus-september 2023)

Armoede

. Chris van Geel leidde een leven buiten de gewone maatschappij, als dichter en beeldend kunstenaar. Dat was een bewuste keuze, kun je zeggen. Je kunt ook zeggen dat hij, met zijn karakter, niet anders kon. Hij wist dat hij er vermoedelijk niet rijk mee zou worden. Hij moest zijn leven lang lenen, en leuren bij instanties.        Zie bijvoorbeeld zijn briefwisseling met het Stichting Pape-fonds. Op 5 maart 1965 schrijft hij de stichting dat hij in grote armoede heeft geleefd, en nog steeds leeft. Gelukkig kan hij melden dat hij al die tijd niet heeft stilgezeten. Binnenkort zal er een tweede bundel van zijn hand verschijnen, met ruim tweehonderd gedichten uit de jaren 1958-1965. (In de praktijk zou hij, zoals zo vaak, zijn bundelplannen daarna toch weer wijzigen; die tweede bundel zou uiteindelijk pas eind 1967 verschijnen.)        Verder schrijft hij dat hij binnenkort een tentoonstelling in Brussel wil verwezenl...

Hypallage

. Op een van zijn laatnachtelijke wandelingen door de polder bij Groet moet Chris van Geel drie slapende eenden hebben gewekt. Hij zag en hoorde hoe ze daarna paniekerig opvlogen:        VROEGE POLDER        Drie eenden vluchten in paniek,        zij gillen van het kwaken –        zwak ratelen zij bij het nemen van        hun lage bochten na. “Zij gillen van het kwaken”: dat is een nieuwe manier van zeggen, maar vermoedelijk zal iedere lezer zich er wel iets bij voor kunnen stellen. Het is een constructie van het type “gillen/gieren/brullen van het lachen/de pijn/angst”. Eenden kwaken, maar als ze opgejaagd worden en in paniek raken, gaan ze harder en hoger kwaken: ze gaan “gillen van het kwaken.” Ze vliegen op, nemen een lage bocht en zijn weg. Het enige wat je dan nog hoort is het klepperen van hun...